Hof Amsterdam oordeelt onder verwijzing naar het arrest HR 6 juni 2024, ECLI:NL:HR:2024:704, BNB 2024/84, V-N 2024/28.3 dat ook aangegroeide maar niet betaalde rente tot X' werkelijk rendement voor box 3 moet worden gerekend.
X heeft op 1 januari 2019 € 432.075 aan bank- en spaartegoeden. Hierop heeft hij een rendement van € 81 behaald. Daarnaast heeft X leningen verstrekt aan Project Y VOF en Project Y Holding van in totaal € 15.000 tegen een rente van 6% per jaar. Op de leningen is in 2019 € 450 betaald. In hoger beroep is in geschil de heffing over het belastbare inkomen uit sparen beleggen.
Hof Amsterdam oordeelt onder verwijzing naar het arrest HR 6 juni 2024, ECLI:NL:HR:2024:704, BNB 2024/84, V-N 2024/28.3 dat ook aangegroeide maar niet betaalde rente tot X' werkelijk rendement voor box 3 moet worden gerekend. Waardeveranderingen die nog niet zijn gerealiseerd behoren ook tot het werkelijk rendement. Dit brengt mee dat het werkelijk rendement op de leningen op 6% van € 15.000, zijnde € 900, moet worden gesteld. Hieraan doet dus niet af dat in 2019 nog maar € 450 aan rente is betaald. De overige € 450 is in 2019 namelijk wel aangegroeid. Het werkelijk rendement bedraagt € 981. X' hoger beroep is gegrond.
Terug naar overzichtGeschreven op 26 Nov 2024
De Tweede Kamer heeft op 14 november 2024 de volgende moties aangenomen die zijn ingediend bij de behandeling van het pakket Belastingplan 2025.
Lees verderGeschreven op 19 Nov 2024
Het nieuwe financieringsstelsel kinderopvang moet eenvoudiger zijn dan het huidige stelsel en de betaalbaarheid van kinderopvang voor ouders verbeteren. Deze doelen staan in de hoofdlijnenbrief ‘Nieuw financieringsstelsel kinderopvang: aan de slag!’ die door staatssecretaris Nobel van Participatie en Integratie naar de Tweede Kamer is gestuurd. De hoofdlijnenbrief dient als beleidsmatige basis voor het wetstraject.
Lees verder