Het Hof van Justitie EU oordeelt dat de fiscus A het recht op aftrek van voorbelasting kan weigeren. Dit geldt wanneer A wist of had moeten weten van de door de oorspronkelijke verkoper bij de eerste koop gepleegde BTW-fraude.
C presenteert zich bij de verkoop van een auto aan A, met toestemming van W, als W. C factureert vervolgens W voor de levering van de auto waarop W een hoger bedrag in rekening brengt aan A. W overhandigt de factuur aan C, die deze daarop doorstuurt naar A. De Duitse fiscus honoreert het verzoek van A om de voorbelasting in aftrek te mogen brengen niet. Volgens de fiscus had A op de hoogte moeten zijn van de belastingontduiking door C. De Duitse rechter stelt een prejudiciële vragen in deze zaak.
Het Hof van Justitie EU oordeelt dat de fiscus A het recht op aftrek van voorbelasting kan weigeren. Dit geldt wanneer A wist of had moeten weten van de door de oorspronkelijke verkoper bij de eerste koop gepleegde BTW-fraude. Dat de eerste koper zelf ook op de hoogte van die fraude doet daar niet aan af. Als A wist of had moeten weten dat de verkoop verband hield met fraude, heeft hij geen recht op BTW-aftrek ook dan niet als de fraude slechts ziet op een gedeelte van de verschuldigde BTW.
Terug naar overzichtGeschreven op 29 Sept 2023
Afgelopen week is een uitspraak gedaan dat een professioneel mountainbiker loon geniet uit dienstbetrekking, geen winst uit onderneming.
Lees verderGeschreven op 26 Sept 2023
Het kabinet heeft op Prinsjesdag haar plannen voor 2024 bekendgemaakt. Hieronder staan de belangrijkste gevolgen voor u als ondernemer.
Lees verder