Na onderzoek naar verfijningen van de categorie ‘overige bezittingen’ in box 3 is een aantal aanpassingen mogelijk tijdens de overbruggingsperiode vanaf 2023 tot invoering van het toekomstig stelsel. Hierdoor moet de forfaitaire berekening van het rendement beter aansluiten op het werkelijk behaalde rendement. Dat schrijft staatssecretaris Van Rij van Financiën aan de Tweede Kamer.
De introductie van het toekomstige stelsel op basis van werkelijk rendement kan niet eerder dan per 2027 in werking treden. De verfijningen zijn:
De eerste twee opties zijn al toegezegd. Met elke verfijning gaat een budgettaire derving gepaard. Deze kan worden gevonden door het verlagen van het heffingvrije vermogen en/of het verhogen van het tarief in box 3.
Er wordt ook onderzocht hoe onroerend goed het beste belast kan worden. Hiervoor wordt gekeken naar een combinatie van een aantal varianten.
Terug naar overzichtGeschreven op 26 Nov 2024
De Tweede Kamer heeft op 14 november 2024 de volgende moties aangenomen die zijn ingediend bij de behandeling van het pakket Belastingplan 2025.
Lees verderGeschreven op 19 Nov 2024
Het nieuwe financieringsstelsel kinderopvang moet eenvoudiger zijn dan het huidige stelsel en de betaalbaarheid van kinderopvang voor ouders verbeteren. Deze doelen staan in de hoofdlijnenbrief ‘Nieuw financieringsstelsel kinderopvang: aan de slag!’ die door staatssecretaris Nobel van Participatie en Integratie naar de Tweede Kamer is gestuurd. De hoofdlijnenbrief dient als beleidsmatige basis voor het wetstraject.
Lees verder